Teruggaaf btw bij oninbare vorderingen per 1-1-2017

BTW en oninbare vorderingen

We krijgen soms vragen over het terugvragen van btw bij oninbare vorderingen. Daarom geven we hieronder uitleg hoe u hier mee moet omgaan per 1 januari 2017, de datum waarop de nieuwe regels zijn ingegaan.

De leverancier kan zijn op aangifte betaalde btw terugvragen zodra het zeker is dat zijn vordering (gedeeltelijk) oninbaar is.

Nieuw is dat de vordering in ieder geval 1 jaar ná de uiterste betaaldatum van de factuur, als oninbaar wordt aangemerkt.

Daarnaast hoeft voor de teruggaaf geen apart verzoek meer te worden ingediend. De teruggaaf kan worden verwerkt in de btw-aangifte.

Lees alles terug bij Teruggaaf door oninbare vorderingen.

Oninbare debiteuren uit 2016?

Heeft u een vordering uit 2016 en is de uiterste betaaldatum verstreken vóór 1 januari 2017 ? En is die vordering vóór 1 januari 2017 niet oninbaar? Dan begint de termijn van één jaar te lopen op 1 januari 2017. De vordering wordt dan op 1 januari 2018 als oninbaar aangemerkt. Wanneer de oninbaarheid van deze vordering in de loop van 2017 is komen vast te staan, ontstaat al op dat moment het recht op teruggaaf.